ADRES
Dorpsweg 2
4491 EK Wissenkerke
Made by Peter en Nicolette
Tips voor beginners
Voorbeelden routeopdrachten
van uitzetter John Terpstra
Doodlopende weg
In een rit zijn altijd wel een paar opdrachten opgenomen die te maken hadden met een doodlopende weg en daar worden nog heel veel fouten gemaakt.
In het puzzelreglement staat dat een doodlopende weg te herkennen is op basis van één van de volgende kenmerken:
– een weg die duidelijk zichtbaar doodlopend is;
– voorzien is van een verkeersbord aanduidende doodlopende weg;
– voorzien is van een bord met de tekst DLW;
– herkenbaar is als particuliere in- en uitrit (bijvoorbeeld zichtbaar aan een brievenbus).
En…….doodlopende wegen worden geacht NIET aanwezig te zijn.
Als je op een einde wegsituatie komt en de linker weg is doodlopend dan voer je daar de opdracht: 1e weg R niet uit. Ieder opdracht dient immers te leiden tot een
niet gedwongen verandering van rijrichting. Vanwege de doodlopende weg ga je nu echter gedwongen naar rechts en rij je dus door tot je de opdracht 1e weg R wel kan
uitvoeren.
Ook een opdracht : viersprong R is niet uitvoerbaar als de weg naar links doodlopend is. Daardoor is deze weg immers niet aanwezig en zijn er dus maar 3 wegen in
plaats van 4 en is er geen sprake van een viersprong.
De opdracht: na doodlopende weg L is niet uitvoerbaar omdat de doodlopende weg geacht wordt niet aanwezig te zijn.
Indien een opdracht niet uitvoerbaar is dan blijf je rechtdoor rijden tot je wordt opgevangen door een routecontrole met een herstelopdracht.
De Voorrangswegsituatie (VRW).
Dit is een wegsituatie waarbij je door zogenaamde haaientanden en/of een verkeersbord aanduidende Stop: verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende weg
kunt constateren dat je voorrang moet verlenen. De weg waarvoor voorrang moet worden verleend, hoeft geen voorrangsweg te zijn. Pas als je op de kruisende weg
verkeersborden aanduidende voorrangsweg waarneemt, dan is er sprake van een voorrangsweg.
De opdracht: voorrangsweg L kan dan ook alleen maar uitgevoerd worden op een weg voorzien van een verkeersbord aanduidende voorrangsweg! Indien je dit
verkeersbord niet waarneemt dan blijf je rechtdoor rijden tot je een opvangcontrole met een herstelopdracht tegenkomt, dan wel dat je de opdracht op een volgende
wegsituatie alsnog kunt uitvoeren.
De opdracht: VRW R kun je uitvoeren ook al is de kruisende weg geen voorrangsweg. Er moet dan alleen sprake zijn van zogenaamde haaientanden en /of het
verkeersbord aanduidende voorrangsweg.
Nederlandse taal en teksten
Het goed gebruik van de Nederlandse taal is een belangrijk aspect van de rittensport. De opdracht: na reflecterend paaltje L is nagenoeg nooit uitvoerbaar omdat het
paaltje meestal niet reflecteert, maar de reflector op het paaltje wel.
Een ander voorbeeld is de opdracht: na buitenlamp op H “22” R.
Meestal is er wel een buitenlamp op het betreffende huis zichtbaar, maar deze is nooit op het huisnummerbord bevestigd.
Verder wordt er vaak gebruik gemaakt van fout geschreven woorden.
De opdracht: na koekkoek L is niet uitvoerbaar omdat de juiste spelling is koekoek met 1 K in het midden.
Andere veel voorkomende fouten worden gemaakt met teksten.
Deze moeten op de routebeschrijving volledig tussen aanhalingstekens en met hoofdletters worden weergegeven.
De opdracht: na “100 m” L is niet uitvoerbaar.
Op het verkeersbord dat je ziet staat weliswaar 100 m, maar op de routebeschrijving moet de M met een hoofdletter worden weergegeven. Goede opdracht had moeten
zijn: na “100 M’’ .
Huisnummerborden.
Vaak zul je opdrachten met huisnummerborden tegenkomen. Ook hier worden veel fouten mee gemaakt. Het woord zegt het eigenlijk al, het moet een huisnummer op
een bord zijn en dus niet losse nummers op de muur, op de stijl van een deur of op een brievenbus.
De opdracht: na H “23” R is niet uitvoerbaar indien het huisnummer op 2 verschillende bordjes staat.
Soms kom je ook tegen dat er op een huisnummer meer staat, bijvoorbeeld 23 maar ook fam. Jansen.
De opdracht: na H “23” R kan hier niet worden uitgevoerd omdat immers alle tekst die op een bord staat op de routebeschrijving moet zijn weergegeven.
Afkortingen.
In het puzzelreglement staan een paar afkortingen die uitsluitend in een routebeschrijving mogen voorkomen. De afkorting tv of ANWB of PTT staan niet in het
puzzelreglement en mogen niet in de routebeschrijving worden gebruikt.
De opdracht: na tv-antenne L kan daarom niet worden uitgevoerd.
Nog een laatste foef
Een andere val die een uitzetter nog wel eens wil gebruiken is de opdracht :
na plaatsnaam R. Er wordt dan gebruik gemaakt van de fietsroutenetwerkbordjes waarop staat ‘fietsroutenetwerk Zeeland’ en Zeeland is een plaats in Noord-Brabant.
Deze opdracht kan dus worden uitgevoerd.
Je ziet; een uitzetter heeft heel veel mogelijkheden om je in de val te lokken.
Het is een wat langer artikel geworden dan ik van plan was, maar als je met lezen tot hier bent gekomen dan ben je vast van plan om beter te worden. Dit kan door te
leren van de fouten die je gemaakt hebt. Dit kan door na afloop de uitleg goed te bekijken en snap je de uitleg van een bepaalde opdracht niet, schroom niet om dan
naar de uitzetter of één van de bestuursleden te gaan en te vragen of ze het mondeling kunnen toelichten. Van belang is wel dat je tevoren het puzzelreglement goed
hebt bestudeerd. Zelf heb ik fouten, die ik vaker heb gemaakt, opgeschreven en voordat ik met een rit begin kijk ik dit ook nog door, om te voorkomen dat ik voor de
vierde of vijfde keer dezelfde fout maak.
Ik wil jullie aanmoedigen om mee te doen met de ritten om te kijken of je veel van de door mij behandelde vallen ook inderdaad goed kunt uitvoeren. Succes!
John Terpstra